18. ‘Villa Ephrussi de Rotschild’

‘Ik herinner me hoe Barones Ephrussi de Rothschild, met haar kleine fox terrier aan haar voeten, op een feestelijke zomeravond Anna Pavlova, de meest bekende ballerina aller tijden, zag dansen in de tuinen van haar villa op de tonen van Chopin…” André de Fouquières in ‘Mon Paris et ses Parisiens’ 1953 

Barones Béatrice Ephrussi werd in 1864 geboren als een telg uit het bankiersgeslacht ‘de Rothschild’. Haar moeder kwam uit de franse tak “de Paris” van de uitgebreide familiestamboom ‘de Rothschild’, haar vader uit de engelse tak “de Londres”. Gepassioneerd als zij was door kunst en grandeur liet de barones in het begin van de 20e eeuw bovenop het smalste deel van het schiereiland Saint-Jean-Cap-Ferrat een palazzo bouwen in florentijns-moorse stijl en in zachte pastelkleuren. De aankoop van het 7h grote perceel liep niet van een leien dakje want koning Leopold II van België, die een villa vlak ernaast bezat, had er ook zijn oog op laten vallen met de bedoeling zijn landgoed 'Villa Léopolda' uit te breiden. Echter, De barones won het pleit van de koning… Ze doopte de villa ‘Ile de France’ naar de fantastische herinneringen die ze bewaarde aan haar cruise met het gelijknamige luxe-passagierschip. Zowel de villa als de tuinen bieden uitzicht op zowel de baai van Villefranche in het westen als op deze van Beaulieu in het oosten. Ze beeldde zich in dat ze terug op het schip zat en de dertig tuinmannen die iedere dag bezig waren met het onderhoud van het park dienden ook in maritieme klederdracht te werken… De barones bracht in de villa haar gigantische kunstcollectie onder, 5.000 meesterwerken die er nog steeds te bewonderen zijn. Achter het palazzo bevinden zich 9 tuinen, ieder in een aparte stijl : een florentijnse, een rotstuin, een spaanse, een japanse, een exotische, een franse, een provencaalse, een rozentuin en een rosarium. In 1934 schonk ze het volledige patrimonium aan het Institut de France dat er een museum van maakte.