25. De ‘Sterrennacht’ van Vincent Van Gogh

10 december 2022 - Antwerpen, België

Vincent van Gogh schreef op 9 juli 1888 vanuit Arles het volgende aan zijn broer Theo : “Waarom, vraag ik me af, zouden de sterren in de nachtelijke hemel niet net zo makkelijk te bereiken zijn als de dorpjes op de landkaart van Frankrijk? Net zoals we de trein naar Tarascon of Rouen nemen, gebruiken we de dood om naar de sterren te reizen…”

Geobsedeerd als hij was door de fonkende sterren aan de heldere hemel  maakte hij er studies en tekeningen van als voorbereiding tot wat één van zijn absolute meesterwerken zou worden : de ‘Sterrennacht’. In juni 1889 zette hij het vanuit zijn kamer in het hospitaal van Saint-Rémi-de-Provence op doek. Hier had hij zich vrijwillig laten opnemen voor zijn psychiatrische aandoeningen. Dit nadat hij zichzelf een oor had afgesneden na een ruzie met Paul Gauguin. De expressie van de gele sterren en de wilde wervelingen in de nachtelijke hemel illustreren het gegeven dat Van Gogh in die periode gefascineerd was door religie. Het schilderij is echter geen weergave van wat hij zag vanuit zijn kamer in het hospitaal. Vanuit zijn kamer was geen gigantische, vlammende cypress te zien, noch een dorpje met olijfbomen. Nee, hij maakte een compositie van eerder gemaakte tekeningen. Hij knipt en plakte als het ware verscheidene elementen uit verscheidene tekeningen bij elkaar om ze onder de nachtelijke hemel te schilderen. Zo herkennen we rechts het heuvelachtige landschap uit zijn werken met korenvelden. Van Gogh heeft meer dan eens de nachtelijke sterrenhemel getekend en geschilderd. Kort na dit laatste werk viel hij in een diepe depressie en zond hij al deze werken met de post naar zijn broer Theo in Parijs. Als eerbetoon gaf de International Astronomical Association de ster HAT-P-6, op 910 lichtjaren van de aarde, in het Andromeda sterrenstelsel, een naam : ‘Sterrennacht’. Het schilderij is te bewonderen in het  Museum of Modern Art in New York.